COVID-19 maatregelingen

Algemene richtlijnen die u bij een practicum kan toepassen:

– Overweeg de keuze om de kinderen zelfstandig te laten werken in plaats van in tweetallen.

– Overweeg het practicum (alleen indien mogelijk) plaats te laten vinden in een grote ruimte zoals een gymzaal of kantine.

– Het is aan te raden om de klassen te splitsen en het practicum meerdere keren in kleinere groepen uit te voeren. Dan kunnen de tafels wat verder uit elkaar staan waardoor het makkelijker is om afstand te houden en voorkom je dat er teveel kinderen tegelijk gebruiken moeten maken van apparaten zoals de gel-elektroforese of centrifuge.

– Maak een eenrichtingsverkeer looproute door de klas waarop leerlingen de materialen en apparaten kunnen bereiken die ze nodig hebben. Coördineer dit door de leerlingen om de beurt erheen te laten lopen.

– Bereid de les voor door zelf een filmpje of fotoreeks te maken waarop je een demonstratie geeft van de praktische handelingen zoals bv. pipetteren en projecteer die vervolgens uitvergroot op het digibord. Op die manier kun je zelf afstand blijven bewaren en hoef je niet telkens dichtbij de leerlingen te komen om het voor te doen.

– Spray de materialen na afloop van een practicum met een 0,2 tot 0,5 % waterstofperoxide oplossing. Waterstofperoxide in deze concentratie tast materialen niet aan, maakt de enveloppe van het virus kapot (eiwit) en legt het virusRNA bloot.

– Op een lab waar wordt gewerkt met menselijk DNA/cellen is het heel normaal om een mondkapje, haarnetje en handschoenen te dragen om contaminatie te voorkomen. Leg dit duidelijk uit aan de kinderen om hier bewustzijn over te creëren en deel de beschermingsmaterialen direct uit bij binnenkomst in het lokaal.

Richtlijnen bij het practicum Forensisch DNA-onderzoek: ‘Puzzelen met pieken’:

De studenten zorgen voor:
– Studenten houden 1,5 m afstand
– Studenten zetten de te gebruiken materialen vooraf, met handschoenen aan, klaar op de te gebruiken werkplekken. Alle materialen moeten zoveel mogelijk per leerling klaargezet worden om lopen door het lokaal te voorkomen.
– Studenten hebben op een centraal punt in het lokaal dezelfde materialen als de leerlingen en kan dingen voordoen, zodat niet naar leerlingen toe hoeft worden te gaan om iets voor te doen.
– Studenten maken gebruik van een mondkapje als studenten in de buurt van leerlingen moeten komen bv bij hulp van praktische handelingen/demonstraties.
– Leerlingen dragen tijdens het praktische gedeelte van het practicum een eigen mondkapje, dit hoort bij het practicum.
– Mocht de praktijkles een karakter hebben waarbij het onvermijdelijk is dat leerlingen materialen op een centraal punt moeten verzamelen, zorg dan voor een looproute.
– De materialen worden na afloop van een practicum gesprayd met 0,2 tot 0,5 % waterstofperoxide oplossing door de studenten. Waterstofperoxide in deze concentratie tast materialen niet aan, maakt de enveloppe van het virus kapot(eiwit) en legt het virusRNA bloot. Dit gaat binnen enkele seconden kapot. De materialen zullen binnen een halfuur gedroogd zijn. Dan kunnen ze weer bij de te gebruiken voorraad of opgeborgen worden.
– Apparatuur wordt afgenomen met een doekje met een desinfecterend middel. Leerlingen hanteren apparatuur met handschoenen aan.

De school zorgt voor:
– In het lokaal is handdesinfectiegel of andere middelen (wassen met water en zeep) aanwezig.